Table of Contents

De laatste jaren is er een groeiend gevoel van ontkoppeling tussen de Europese Unie en haar burgers. Enerzijds twijfelen de mensen aan de legitimiteit van de Unie en zeggen zij vaak dat hun stem niet wordt gehoord of dat zij er niet toe doen. Anderzijds heeft de EU niet zichtbaar veel gedaan om hen van het tegendeel te overtuigen. En nu eurosceptici en populistische bewegingen zich daar comfortabel tussen kunnen nestelen, wordt de duurzaamheid van het Europese project als zodanig steeds meer bedreigd.

De huidige COVID-19-crisis heeft deze kloof in de Europese solidariteit en de ongelijkheden in het politieke systeem nog duidelijker aan het licht gebracht. De reactie op de gevolgen ervan, gebaseerd op herstel EN wederopbouw, is echter een kans om deze kwesties effectief aan te pakken. Hierbij moeten alle belanghebbenden worden betrokken - van de Europese instellingen en de lidstaten tot het bedrijfsleven, het maatschappelijk middenveld en de burgers zelf. Deze laatste groep moet zinvolle methoden aangeboden krijgen om bij te dragen, zodat hun relatie met de beleidsmakers meer een partnerschap wordt voor de co-creatie van toekomstig beleid.

Op basis van haar deskundigheid en uitgebreid onderzoek in het kader van diverse projecten heeft de ECU een reeks van acht aanbevelingen voor belanghebbenden opgesteld die ons naar onze mening dichter bij een "op de burger gerichte Europese Unie" zullen brengen. De aanbevelingen hebben betrekking op kwesties die vallen onder onze twee aandachtsgebieden, EU-rechten en Europese democratie.

Elke aanbeveling gaat vergezeld van een video waarin de achtergrond en de redenen voor de opname ervan worden uitgelegd.

Rechten van de EU

Het Europese burgerschap vormt de kern van het Europese project en het vrije verkeer is een van de meest gekoesterde rechten van de Europese burgers.

17,5 miljoen Europeanen wonen en werken momenteel in een ander EU-land, maar velen van hen worden geconfronteerd met ernstige problemen en administratieve belemmeringen. Deze beletten hen hun rechten "in objectieve omstandigheden van vrijheid en waardigheid" uit te oefenen en ondermijnen in de praktijk de fundamentele status van hun rechten.

De ECU is van mening dat de nieuwe Commissie en het Parlement meer moeten doen om ervoor te zorgen dat de praktische tenuitvoerlegging van het vrije verkeer en andere EU-burgerschapsrechten in overeenstemming is met de geest van het Europese wetgevingskader en de waarden van solidariteit en non-discriminatie die het bevordert.

De ECU vraagt:

De Europese Commissie moet elke dubbelzinnigheid bij de interpretatie van de wetgeving inzake vrij verkeer wegnemen door de lidstaten gestructureerde richtsnoeren (nieuwe mededeling) te verstrekken om de arresten van het Europees Hof van Justitie sinds 2009 te codificeren en de "grijze gebieden" die onderhevig zijn aan controversiële interpretatie op nationaal niveau te verduidelijken.
De Europese Commissie en de lidstaten moeten middelen beschikbaar stellen voor permanente opleiding van overheidsdiensten over de rechten van het EU-burgerschap. De resultaten van die opleiding moeten regelmatig worden geëvalueerd en aan het Europees Parlement worden meegedeeld.

De Europese Commissie moet elke dubbelzinnigheid bij de uitlegging van de wetgeving inzake vrij verkeer wegnemen door de lidstaten gestructureerde richtsnoeren te verstrekken (nieuwe mededeling) om de arresten van het Europees Hof van Justitie sinds 2009 te codificeren en de "grijze zones" te verduidelijken die op nationaal niveau aan controversiële interpretatie onderhevig zijn.

De Europese Commissie en de lidstaten moeten middelen beschikbaar stellen voor permanente opleiding van overheidsdiensten over de rechten van het EU-burgerschap. De resultaten van die opleiding moeten regelmatig worden geëvalueerd en aan het Europees Parlement worden meegedeeld.

EU- en nationale beleidsmakers moeten een controlesysteem ontwikkelen en toepassen om ervoor te zorgen dat mobiele EU-burgers hun politieke rechten niet kunnen uitoefenen als gevolg van onverenigbare nationale en lokale regels of administratieve belemmeringen.

Alle relevante belanghebbenden (EU-instellingen, maatschappelijk middenveld, bedrijven, academici) moeten samenwerken om de uitwisseling van goede praktijken te bevorderen teneinde het vrije verkeer in de EU te vergemakkelijken en de rechten van de EU-burgers te versterken.

Europese democratie

In Europa en de rest van de wereld vindt een belangrijke maatschappelijke transformatie plaats.

Enerzijds ontstaat er een nieuw model van overleg en samenwerking op het gebied van e-democratie dat kan bijdragen tot een meer open en inclusieve vorm van beleidsvorming door burgers erbij te betrekken door het gebruik van informatie- en communicatietechnologieën (ICT). Anderzijds worden de Europeanen geconfronteerd met toenemende bedreigingen zoals populisme en online desinformatie die de fundamenten en instellingen van onze democratische samenlevingen ondermijnen.

De ECU is van mening dat de EU het potentieel van ICT om de kloof tussen politieke elites en burgers te verkleinen grondiger moet onderzoeken om via civic tech betrokken burgerschap te creëren.

Wij zijn ervan overtuigd dat de EU alleen door inzicht in het populisme beter zal begrijpen hoe met de stem van de burgers rekening kan worden gehouden in ons democratisch politiek bestel.

ECU is ook van mening dat de uitdaging van online desinformatie moet worden aangepakt door ervoor te zorgen dat burgers toegang hebben tot kwalitatieve en objectieve informatie als basis voor een gezond publiek debat.

ECU vraagt:

De Europese Commissie om de bestaande online raadplegingen over EU-beleidsvorming op te splitsen in twee parallelle kanalen: één dat bedoeld is om de standpunten van georganiseerde belangen beter te verzamelen en één dat is toegesneden op het verzamelen van de inzichten van burgers via crowdsourcing mechanismen.

besluitvormers op alle niveaus moeten de representatieve democratie aanvullen met coöperatieve elementen van participerende democratie om de kloof tussen politieke elites en burgers te verkleinen en hun relatie om te vormen tot meer een partnerschap, met name voor beleids creatie.

De EU-instellingen en de nationale en regionale belanghebbenden moeten de ontwikkeling van een Europese publieke ruimte bevorderen en de publieke ruimte van dialoog en debat in lokale gemeenschappen herstellen, vooral in niet-metropolitane en plattelandsgebieden, om het gevoel van verlatenheid en ontkoppeling onder de burgers te helpen overwinnen en de ruimte voor populisme te verminderen. Dit houdt in dat de Europese politieke partijen, maatschappelijke organisaties en burgernetwerken, als kern van de representatieve democratie, moeten worden versterkt.

De EU en de nationale regeringen moeten investeren in formele en informele burgereducatie over actief burgerschap, democratie, Europese en nationale bevoegdheden, populisme, online desinformatie, EU-grondrechten en -waarden, en vooral respect voor minderheden en hun rol in een inclusieve democratische samenleving, die door populisten wordt ondermijnd.